Het leuke aan planten is dat je ze kunt stekken. Dit houdt in dat je ze kunt vermeerderen door er een stukje af te snijden, te scheuren of de plant laat zelf stekjes groeien. Toch heeft iedere plant zijn eigen stekmanier welke niet altijd eenvoudig zijn. Je wilt natuurlijk dat de moederplant het overleeft. Gelukkig bestaan er ook een aantal planten waar het bijna niet mis kan gaan: hieronder lees je welke dat zijn.
1. Pannenkoekplant
De pannenkoekplant is tegenwoordig een van de populairste kamerplanten van ons kikkerlandje. Dat is ook niet zo gek, want deze groene vriend is een echte eyecatcher dankzij zijn grote ronde bladeren. De pannenkoekplant laat zelf stekjes groeien die in de pot verschijnen. Het zijn eigenlijk babyplantjes. Deze stekjes kun je weghalen met een scherp mesje.
Het is belangrijk om het mesje schoon te maken voordat je in de plant gaat snijden. Vervolgens snijd je zo dicht mogelijk bij de moederplant het stekje af. Als er wortels aan het stekje zitten, kun je deze gelijk in zijn nieuwe huisje zetten. Wanneer er nog geen wortels aan zitten, kun je deze het beste in een glaasje met water zetten waarbij de bladeren niet het water aanraken.
2. Bananenplant
De bananenplant is een razendpopulaire plant, te danken aan zijn grote bladeren. Dankzij deze plant creëer je meteen die tropische sfeer!
Net als de pannenkoekplant laat de bananenplant ook zelf zijn baby’s groeien. Deze verschijnen dan ook in de pot. Hierbij geldt ook dat je deze weg kunt snijden met een scherp mesje en meestal kun je deze gelijk voorzien van een nieuw potje.
3. Epipremnum
Weinig verzorging, staat mooi in ieder interieur én groeit ook nog eens snel: dat klinkt als de perfecte plant. De Epipremnum is naast zijn mooie eigenschappen ook nog eens een makkelijke plant om te stekken.
Tegenover elk blad van deze plant groeit een luchtwortel. Knip daarom een blad af met een stengel waar een luchtwortel aanzit. Zet vervolgens de stek in het water zodat de luchtwortels onder water zitten – de bladeren mogen het water niet raken. Het is wel goed om te benoemen dat er uit een stekje maar een nieuwe stengel zal groeien: voor een vollere plant kun je daarom meerdere stekjes bij elkaar zetten.
4. Chinees lantaarnplantje
Het Chinees lantaarnplantje is een schattige groene vriend. Om nog meer te kunnen genieten van deze plant kun je stekjes maken. Dit doe je al heel eenvoudig.
Knip een stengel af van het Chinees lantaarnplantje. Zet deze stengel in een glaasje water – zonder de bladeren. Ook kun je ervoor kiezen om deze stengel in de grond te zetten. Als jouw plantje al wat ouder is, zie je soms witte knolletjes op de plek waar twee blaadjes zaten. Deze knolletjes kun je losknippen en op de potgrond leggen: deze gaan vanzelf wortelen.
Veelgestelde vragen
Niet iedere plant kun je op dezelfde manier stekken. Je kunt een stengel van een plant afknippen met een luchtwortel en deze op water zetten. Ook kan het zijn dat jouw plant scheuten aanmaakt. Deze kun je eruit halen en verpotten in een nieuw potje. Daarnaast kun je sommige planten stekken door de kluit in tweeën te scheuren.
Eenvoudige planten om te stekken is de pannenkoekplant, de bananenplant en de epipremnum.
Stek bij voorkeur jouw planten in de lente. In deze periode heeft de plant genoeg energie om zich te kunnen herstellen, en bevindt jouw plant zich niet in de winterrust.
